Autosalon, ja, maar alvast zonder Volvo
Andreas Cremer, de nieuwe baas van Febiac, bevestigde vorige week dat er inderdaad een autosalon plaatsvindt in januari 2022 op de Heizel. Na deze aankondiging reageerde Volvo al dat het niet zal deelnemen aan het evenement, in 2021 nog afgelast vanwege het coronavirus.
De autofabrikant vertrouwt liever op zijn aanwezigheid online, die het gedurende afgelopen jaar aanzienlijk heeft opgekrikt, dan op rechtstreeks contact met het publiek. "Net als in andere Europese landen, waar Volvo niet langer deelneemt aan grote autoshows, geloven wij dat onze afwezigheid op het autosalon onze groei niet zal belemmeren. Integendeel, wij denken dat we de consument zo een betere premiumervaring kunnen bieden," zegt Elfi Janssens, managing director van Volvo Cars Belux.
Het autosalon wordt beschouwd als een "verkoopshow" waar de merken 20 tot 40 procent van hun jaarlijkse volume realiseren. Als zodanig verschilt het grondig van andere grote Europese evenementen zoals Frankfurt, Parijs en Genève, die in de eerste plaats showcase-evenementen zijn.
Tot voor kort had dit argument overtuigingskracht op alle automerken, zonder uitzondering. Dat tij lijkt gekeerd. Hyundai had de trend al ingezet door vroegtijdig te beslissen niet deel te nemen aan het nadien afgelaste salon van 2021. Vervolgens hebben Covid en de versnelling van de digitalisering het heft in handen genomen. Andere merken volgen misschien nog het voorbeeld dat Volvo nu stelt.
Afkeer van grote handelsbeurzen
Hoewel dit een nieuwe trend is voor de organisatoren van het Autosalon van Brussel, hebben grote shows al verscheidene jaren te kampen met afvallers. Opel kondigde aan dat het niet aanwezig zal zijn op zijn eigen nationale show, die dit najaar in München wordt gehouden. Dat bericht verrast, want Opel zou de enige vertegenwoordiger van de Stellantis-groep op de Duitse show worden en daar zijn nieuwe generatie Astra voorstellen.
